Wat onze sociale leven betreft is er in de westerse wereld de laatste decennia veel veranderd. In oude polygoon journalen zien we nog de beelden van weleer; Het sociale leven vond merendeels buitenshuis plaats; je maakte een gezellig praatje met elkaar op straat, kinderen speelden op straat, men was actief in verenigingen, kortom; gezelligheid alom. We romantiseren deze tijd graag; gezellig om de kachel, schemerlicht, huizen met kleine raampjes... Toen was geluk nog heel gewoon. (1)
Met de modernisering komt ook de nieuwbouw, met juist grote ramen. We zien voortaan alles om ons heen vanuit onze luie stoel, met de TV als kijkvenster met afstandbediening. In een van de verhalen van Olvier B. Bommel (2) krijgt kasteel Bommelstein van een rondtrekkemnde glazenier een nieuw 'uitzicht'. Door een ongelukje belanden Heer Bommel en Tom Poes aan gene zijde van het glas en geraken zo in een toekomstwereld welk veel trekken heeft van onze huidige (!) maatschappij.
Er is in de loop der tijd op veel gebieden inderdaad veel veranderd. Door de bril van onze beleving van het heden vormen wij ook een beeld van het verleden.
Hierin passeren we gemakkelijk de cultuur en zetting van de historische berichtgeving en beïnvloeden daarmee mogelijk zelfs ons beeld van de eerste (NT) gemeenten.
Vanuit het boek Handelingen kennen wij de gegevens: '... voortdurend waren zij elke dag eendrachtig in de tempel, braken het brood aan huis ...' (3) en '...zonder ophouden, iedere dag, leerden zij in de tempel en aan huis, en verkondigden het evangelie, dat de Christus Jezus is.' (4) In schril contrast daarmee reduceren wij ons kerkelijk samenkomen tot enkel de zondagmorgen. In de praktijk zien we elkaar soms wat vaker, althans, als we ons ook inzetten voor een of andere kerkelijke activiteit; een bistond, een kringavond, een muziekoefening, een vergadering, etc. Hoe omvangrijker onze inzet, hoe meer sociale contacten we binnen de kerk hebben. Maar zijn dit altijd 'geloofsopbouwende' ontmoetingen in bijbelse zin?
In het algemeen voldoet een z.g. kringavond het meest aan het bijbelse beeld; we delen ons zelf mee en ontvangen enig bijbels onderwijs. Het klinkt magertjes, en dat is het in de praktijk vaak ook. Want wat is een uurtje veilige informatie ten opzichtte van wat de massamedia dag in, dag uit over ons uitstort? Je mag gerust concluderen dat, wat geestelijke voeding betreft, we eerder ondervoed dan overvoed zijn. En dan te beseffen dat ook de wereld om ons heen snakt naar echtheid en waarheid. (5)
Alle inzet en programma's ten spijt; een gemeente kun je niet organiseren, want dat ben je. De basis van een gemeente is de persoonlijke relatie met Jezus van elk lid. Dit is tevens de bindende factor die de onderlinge relaties laat ontstaan. Uit de omschrijving vanuit het boek Handelingen maken we op dat er behoefte was aan onderwijs. Dit gaf niet enkel informatie, maar ook saamhorigheid. En stel u eens voor; Een spreker die tot in de kleine uurtjes doorgaat zonder dat zijn gehoor beleeft zit te schuifelen op hun zitplaatsen? (6)
Zo mogen we ons terecht afvragen of onze sociale contacten in en rond de gemeente gericht zijn op werk en taken, of vervullen we onze taken als uiting van verbondenheid met elkaar. Verbonden te zijn in de naam van Jezus geeft een heel andere dimensie aan onze sociale contacten binnen de gemeente, toch?
Rev.Camp [apr'08] C099